Wij spraken kandidaat Bernadien over haar gezondheid en haar huidige situatie. Lees onderstaande blog om meer te weten te komen!

Verleden

‘Een jaar geleden ben ik in coma op de bank gevonden. Ik had een alcoholprobleem en ik heb mijn lever kapot gedronken. Mijn buik loopt hierdoor vol met vocht. Op den duur zie ik eruit alsof ik vijf maanden zwanger ben. Om de drie weken word ik opgenomen in het ziekenhuis, zodat artsen het vocht eruit kunnen halen. Dan lig ik twee dagen in het ziekenhuis.’

‘Door een corona uitbraak bij Opstart kon ik niet naar het ziekenhuis. Ik mocht toen niet weg, waardoor ik de opname in het ziekenhuis moest verplaatsen. In die periode kon ik alleen nog op bed liggen. Na een enige tijd was ik helemaal opgeblazen. Mijn situatie was zodanig verergerd dat ik niet meer in een dak- en thuislozen opvang kon blijven. Toen heeft Springplank de huisarts gebeld en geregeld dat ik naar een verzorgingshuis zou gaan. Ik mag hier voor altijd blijven en dat geeft mij veel rust.’

Vorige slide
Volgende slide

Kat

‘Mijn kat heet Diva. Zij gaat graag bij mij in bed liggen. Diva is baas over mij, want zodra ik wakker word geeft zij duidelijk aan dat zij wilt eten.’

Dakloos

‘Samen met mijn partner woonde ik op een camping. Alles stond op zijn naam. Toen hij overleed moest ik daar weg en was ik dakloos. Door het verdriet ging ik meer drinken. Het lukte mij niet om te stoppen met drank. Mijn lichaam stopt ermee als ik weer ga drinken. De keuze is nu simpel: ik wil blijven leven!’

Kerst

‘Mijn zoon zei zodra jij weer gaat drinken dan beëindig ik weer het contact. Ik heb mij bewezen. Het contact met mijn zoon is goed. Met kerst kreeg ik een compliment van hem. Mijn zoon zei: ‘Mama het was weer een kerst zoals vroeger.’’

Vrienden

‘Nu ik gestopt ben komen er weer mensen terug die ik kwijt was geraakt. Ik was vorige week uitgenodigd op een verjaardag. Er waren mensen aan het drinken, maar ik had daar geen problemen mee en ik dronk zelf thee. Toen ik thuis was kreeg ik een leuk bericht met dat zij versteld waren en het leuk vonden dat ik er was. Dat deed mij enorm goed!’