Springplank040 trapt vrijdag een jaar lange campagne af om meer tolerantie en begrip te krijgen voor dak- en thuislozen. “Het zijn echt niet alleen mensen met een lange baard en een spuit in hun arm.”

Bij de Piazza komen twintig koptelefoons te hangen waarop verhalen van daklozen te horen zijn. “Het zijn verhalen van mensen die eigenlijk geen grote problemen hebben maar toch dakloos zijn geraakt. Daarmee willen we laten zien dat dakloosheid iedereen kan overkomen, zeker in deze tijd”, zegt Springplank directeur Thijs Eradus.

De campagne is nodig omdat de tolerantie tegen daklozen steeds lager wordt, zo ziet Eradus. “Het lijkt alsof mensen steeds een grotere afkeer krijgen voor daklozen en we willen iets doen aan het heersende stigma. Je ziet steeds vaker dat mensen met alledaagse problemen het dak boven hun hoofd kwijtraken. En wij krijgen steeds meer moeite met het bieden van voldoende opvang”, zegt Eradus.

Overvol

“We zitten al het hele jaar met 150 procent bezetting in de opvang. We moeten mensen sneller kunnen doorplaatsen naar huisvesting want met de huidige toestroom gaan we echt tegen grenzen aanlopen”, zo legt Eradus uit. “We willen niet in de situatie komen waarin we genoodzaakt zijn om tentjes uit te delen en moeten zeggen: ‘zoek het maar uit’.”

Begrip

Maar die situatie is niet ver weg, en daarom wil Eradus meer begrip voor huisvesting in buurten waar daklozen terecht komen. “Kijk ik snap dat je er niet blij mee bent als je een brief in je bus krijgt met het bericht dat in de buurt daklozen gehuisvest worden. Ikzelf ben natuurlijk bekend met de doelgroep maar de meeste mensen zijn dat niet. Maar daarom is deze campagne ook belangrijk.”

Onder druk

Daarbij zegt Eradus er ook weinig aan te kunnen doen dat buurten niet altijd ver van te voren, uitgebreid worden ingelicht over huisvestingsplannen van daklozen.

“Wij staan gewoon enorm onder druk, daardoor moeten we snel huisvesten maar daardoor hebben we niet altijd de tijd om uitgebreide processen te doorlopen. Uiteindelijk gaat voor ons het welzijn van onze doelgroep vóór de zorgen van een buurt. Ik hoop dat we het komende jaar meer begrip gaan krijgen van de Eindhovenaren”, aldus Eradus.